Herengracht 168 Het Witte Huijs

<- 170-172 Herengracht               Panorama             Herengracht 166 ->

Herengracht 168

Herengracht 168

Herengracht 166, tekening Caspar Philips

Tekening Caspar Philips

Herengracht 168 Het Witte Huijs

Gebouwd           1638
Architect            Philip Vingboons
Opdrachtgever    Michiel Pauw
Monument         Rijksmonument
1853 : LL 149  (huisnummer 1853-1875)

1808 : 42 2553  (verpondingsnummer)

1796 : 42 403    (kleinnummer)

1732 : 42 2533  (verpondingsnummer)

Kadast: E 3727  (kadaster oud)

Het wordt een kantoor

Na het vertrek van de familie Boissevain wordt het pand vanaf 1905 kantoor en komt de firma Jacques Princen & Co. erin, later voortgezet als de firma Princen & Steimann in modes en gros tot 1930. In 1933 komt het kantoor van A.A.M. Schräder in Agenturen erin, maar daarna worden de kantoorlokalen afzonderlijk verhuurd, waardoor er tussen 1935 en 1940 meer dan tien kantoren zijn gevestigd.

In 1954-1958 vindt een grondige restauratie van het huis plaats. Op 28 april 1960 opent in dit fraaie pand het Toneelmuseum zijn deuren, een instelling waaraan de namen van effectenhandelaar Johannes Martinus Coffeng [1887-1966] – hij is van 1950-1964 secretaris en conservator van het Toneelmuseum – en van prof.dr. Frithjof Willem Sophi van Thienen [1901-1969] – tot zijn overlijden voorzittervan het Toneelmuseum – onverbrekelijk verbonden zijn. Tot 1969 is op de zolderverdieping van het pand de Stichting Werkcentrum voor leke-toneel en kreatief spel gevestigd, die dan naar Westermarkt 12 verhuist, terwijl in het souterrain sinds 1966 het Theater Klank en Beeld gehuisvest is, een geluid- en beeldarchief van het theater onder leiding van Lou Hoefnagels. Sinds 1971 beschikt het Toneelmuseum – waarvan Eric Alexander [†2019] dan directeur is – tegen betaling van een huur van ƒ 30.000,- per jaar over het voorhuis van Herengracht 170, dat van de Vereniging Hendrick de Keyser is. Dat huis bestaat uit drie verdiepingen, waarin de leeszaal, de bibliotheek en de documentatie zijn gevestigd. In 1974 kan het museum opnieuw uitbreiden door het huren van Herengracht 166, zodat het Theater Klank en Beeld zijn benarde positie in de kelders kan verlaten. Omdat er nog ruimte over is, verhuist de Stichting Nederlands Centrum van het Internationaal Theater Instituut (ITI) van Den Haag naar Amsterdam. In 1978 fuseert alles tot het Nederlands Theater Instituut (NThl); het zijn de gloriejaren voor het museum en de collectie. In 1991 bezet het instituut zelfs vijf panden, maar met de komst van Dragan Klaic in 1991, wordt de theatercollectie minder belangrijk en is men vooral internationaal georiënteerd. Zelfs het tentoonstellingendeel wordt even gesloten, maar dat is niet wat het ministerie wil en de subsidie wordt verminderd van 6,8 naar 5 miljoen gulden. Als in 2008 Henk Scholten directeur wordt, besluit hij het museum te sluiten, de gebouwen, die in eigendom zijn, te verkopen en te vertrekken naar Sarphatistraat 53. Daarna is het pand verkocht aan een particulier die het weer heeft opgeknapt. Met het geld van de verkoop van de panden is lange tijd de collectie van het Theater Instituut onderhouden. Sinds 2016 heeft het pand weer een nieuwe eigenaar die het verhuurt als kantoor.

  1. Zie Herengracht 210 en J.J.Reesse, ‘De suikerhandel te Amsterdam’ (1908), pagina 137 en 247.

  2. Zie Willige Verkoping 10, 19 en 14, 65

  3. Zie mr. A. Staring, Jacob de Wit, 1958, pagina 147 en 149

  4. Zie Maandblad Amstelodamum, L 1863, pagina 150

Bron : o.a. Vier eeuwen Herengracht, uitgave Genootschap Amstelodamum, 1976, Prof. Mr. H. de la Fontaine Verwey, Dr. Isabella H. van Eeghen, Drs. G. Roosegaarde Bisschop, Mr. H.F. Wijnman.

Hebt u aanvullingen of wilt u meedoen?

Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.

Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.

 

Foto's of andere informatie vande  panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.